17 oktober 2010

Breukdelen in oude akten

Bij het maken van een transcriptie van oude documenten kom je sosm ingewikkelde constructies tegen. Bijvoorbeeld deze, bij de overdracht van een deel van een molen in Elburg:

Verschenen E.J. van Ommeren en Wobbina Eben echtel. verkopen voor f 200,- aan Gerrit Jansen en Christina Jans echtel. een 1/3 part in een 1/8 part in de achterste koornwind molen coram Ingen en Tulleken den 7 sept 1733

Je zou denken dat het veel eenvoudiger zou zijn om gewoon op te schrijven dat 1/24 deel van de molen werd verkocht. Maar waarom werd dat dan niet gedaan? In het volgende plaatje staat de situatie schematisch voorgesteld.


Het oranje blokje is het deel dat verkocht werd, de genoemde 1/3 van 1/8. Deze formulering geeft aan, dat de verkopers 1/8 deel van het object in hun bezit hebben en dat ze daar 1/3 van verkopen. Tevens weten we, dat de molen ooit is verdeeld in acht stukken. Bijvoorbeeld bij een erfenis, waarbij de vader 4/8 deel kreeg en zijn vier kinderen elk 1/8. Dat biedt dan weer een aanknopingspunt voor verder onderzoek.
Zou er alleen hebben gestaan dat 1/24 van de molen werd verkocht, dan was het ook mogelijk dat de verkopers 1/6 deel in hun bezit hadden en daar 1/4 van verkochten. De regel bij officiƫle akten was (en is dat nog steeds) dat wat er staat duidelijk moet zijn en geen ruimte mag bieden voor interpretatie. En hoewel het op het eerste gezicht wat onduidelijk lijkt, het is wel degelijk een duidelijke beschrijving.

Geen opmerkingen: